Verscheidene adoptieouders die een positief vonnis hebben verkregen van het gerecht, wachten reeds meer dan anderhalf jaar op de ratificatie van een conventie inzake adoptie die tussen Vietnam en de gemeenschappen werd afgesloten. Deze conventie werd ondertekend tijdens een officieel bezoek op 17 maart 2005 ondertekend door de heer Nguyen Van An, voorzitter van de Nationale Assemblee van Vietnam enerzijds en de bevoegde ministers van de Vlaamse, Franstalige en Duitstalige gemeenschappen anderzijds.

Deze conventie diende nog te worden geratificeerd. Vietnam is daartoe reeds overgegaan op 19 mei 2005. In België is de conventie nog niet geratificeerd. De gemeenschappen hebben immers naar verluidt een verdrag gesloten waarvoor zij slechts ten dele bevoegd zijn. Om die reden werden ze wegens bevoegdheidsoverschrijding terechtgewezen. Om uit de juridische impasse te raken, dienen ze bijgevolg te overleggen met de federale overheid. Dit dossier zit in het overlegcomité. Men heeft naar verluidt nog geen zicht op de timing, daar de technische werkgroep nog geen besluiten zou hebben ingediend. Wat de zaak bijzonder dringend maakt, is dat er géén verlenging voor een positief vonnis mogelijk is volgens de nieuwe adoptiewetgeving, waardoor vele kandidaat-adoptieouders in de kou dreigen komen te staan.

Graag kreeg ik een antwoord op de volgende vragen :

1. Welke is de stand van zaken inzake het adoptieverdrag tussen België en Vietnam ? Hoe schat de geachte minister dit dossier in ?

2. Kan hij aangeven wat hier is fout gelopen, daar Vietnam het verdrag reeds eenzijdig heeft geratificeerd ?

3. Wanneer zal het adoptieverdrag worden besproken in het overlegcomité en klopt de informatie als zou het verdrag ook in het federaal parlement moeten worden goedgekeurd ?

4. Is de geachte minister bereid om een bijzondere inspanning te doen in dit dossier, gezien de hooggespannen verwachtingen van de adoptieouders en de kandidaat adoptiekinderen en zal hij dit verdrag met hoogdringendheid behandelen zowel wat de agendering betreft als het wegwerken van alle hindernissen van communautaire aard ?

5. Welke is de meest realistische timing inzake de inwerkingtreding van dit verdrag en kan de geachte minister de verschillende hindernissen overlopen ?

6. Is hij bereid te overleggen met zijn collega van Justitie teneinde te voorzien in een verlenging van de positieve vonnissen gezien de bijzondere omstandigheden die hier spelen ? Kan hij dit toelichten ?

Antwoord Minister De Gucht:

Met het geachte lid hoop ik dat de 3 verdragen zo snel als mogelijk in werking kunnen treden teneinde de adoptie van Vietnamese kinderen opnieuw mogelijk te maken.

Ik hou eraan wel even een deel van de historiek te schetsen. De adoptieverdragen werden in overeenstemming met artikel 81 van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen gesloten door de gemeenschappen en dan ook enkel door hen ondertekend. In zijn advies op de voorontwerpen van instemmingdecreet stelt de Raad van State echter dat de verdragen niet uitsluitend tot de bevoegdheid van de gemeenschappen behoren, maar ook tot deze van de federale overheid en dus gemengde verdragen zijn. Dit betekent concreet dat ook de federale overheid een instemmingprocedure zou moeten opstarten. Mijn collega, de minister van Justitie, heeft naar aanleiding van deze adviezen van de Raad van State gevraagd het dossier in te schrijven op de agenda van de werkgroep gemengde verdragen (werkgroep in kader van de Interministeriële Conferentie buitenlands beleid). Tijdens de vergadering van deze werkgroep op 19 september 2006 kon echter nog geen consensus bereikt worden over het al dan niet gemengd karakter van de verdragen. Het dossier zal opnieuw worden besproken tijdens de vergadering van de werkgroep op 17 oktober 2006. In alle geval wordt het dossier door alle betrokken partijen als prioritair beschouwd.