Aid projects Kechene - Kebebe
Hygiëneproject
Begin maart 2006 vertrokken Karin en Ann naar Addis Abeba met de opdracht om contacten te leggen met de staatsweeshuizen en door mee te werken met de verzorging meer zicht te krijgen op hun manier van werken en hoe wij daar bij kunnen aansluiten. Wij vertrokken met een basispakket aan hygiënische materialen : medicatie voor kinderen, handschoenen, ontsmettende middelen, zuigflessen, ...
De eerste twee dagen hebben wij veel gesprekken gehad met onze contactpersoon, mensen van de overheid en de manager van het staatsweeshuis. Sinds kort is er een nieuwe wetgeving in de hoofdstad die ervoor zorgt dat alle achtergelaten kinderen gecentraliseerd worden in één weeshuis, dat van de staat. Er zijn twee staatsweeshuizen, één waar vooral de baby's terecht komen (Kebebe Tsehay).
In het andere weeshuis worden vooral de oudere kinderen opgevangen (Kechene). Op deze manier wil de staat meer zicht en controle krijgen op het aantal verlaten en/of weeskinderen. De bedoeling is deze kinderen te laten onderzoeken in het staatsziekenhuis en na drie dagen hen te heroriënteren naar een ander weeshuis.
Deze manier van werken brengt een aantal problemen met zich mee, vooral voor het weeshuis waar de baby's verblijven.
In Kebebe Tsehay is er normaal een capaciteit voor 50 kinderen. Door de nieuwe wetgeving kan het aantal kinderen dat hier opgevangen wordt oplopen tot 120 kinderen. Dit gebouw en het personeel is niet voorzien voor de opvang van zoveel kinderen. Zij hebben geen extra budget gekregen en de kindersterfte is hier enorm. Dagelijks overlijden hier gemiddeld twee kinderen.
Omdat het personeel onderbemand is en de kinderen soms te ziek zijn om naar het ziekenhuis op consultatie te gaan, halen zij bijna nooit de opgelegde termijn van drie dagen om de kinderen te transfereren naar een ander weeshuis.
In Kebebe Tsehay werken in totaal 11 mensen, waarvan één persoon die een opleiding heeft gehad als verpleegkundige, de andere vrouwen zijn moeders die komen helpen.
Ook Kechene, waar vooral oudere kinderen verblijven, heeft problemen met de capaciteit en moeten erg creatief zijn om alle kinderen een bed te geven. Verder hebben zij ook geen extra budget gekregen om meer kinderen op te vangen.
Hun grootste probleem is het feit dat er geen turn-over is voor de adolescenten. Zij verblijven soms tot hun dertigste in het weeshuis omdat zij geen mogelijkheden hebben om zelfstandig de maatschappij in te stappen.
Nadat wij van de overheid toestemming hadden gekregen om in hun weeshuizen een paar dagen mee te werken, zijn wij vertrokken met onze tassen naar Kebebe Tsehay. Na een rondleiding en nog een gesprek met manager hebben wij met de verpleegkundige de inhoud van onze tassen doorgenomen en veel informatie uitgewisseld.
Daarna hebben wij ons zachtjes tussen het personeel gemengd en voor wij het goed beseften, draaiden wij met hen mee in de babykamer. De volgende dagen hebben wij vooral in de babykamer meegewerkt omdat daar de kindersterfte het hoogst is en hygiëne het belangrijkst. Door samen te werken groeide er een wederzijds vertrouwen. Zij toonden ons hoe zij de baby's verzorgden en voedden en vroegen hoe wij het in "ons land" deden. Met de hulp van de verpleegkundige werden een aantal zaken bespreekbaar en werd de babykamer een klein beetje gereorganiseerd.
Bijvoorbeeld: de baby's werden altijd in hun bed verschoond en daarvoor werden doeken en plastic zaken gebruikt.
Veel kinderen hebben diaree en zij hebben geen vast bed. Het infectiegevaar is groot.
Samen met hen hebben wij een verzorgingstafel gemaakt met de bedoeling de baby's daar te verzorgen.
Veel kinderen worden ziek en ondervoed binnengebracht door de politie; baby's met TBC, hoge koorts, diaree, luchtweginfecties.Wij merkten dat er een groot tekort was aan medicatie. De verpleegkundige vertelde ons dat zij een grote nood heeft handschoenen, ontsmettingsmiddel, ORS-zakjes en antibiotica. Met de hulp van onze contactpersoon hebben wij een grote hoeveelheid ORS en antibiotica kunnen aankopen.
De oudere kinderen die daar verblijven, stellen het op lichamelijk vlak vrij goed. Zij gaan overdag naar school (op hetzelfde domein) en de rest van de dag helpen zij mee in het weeshuis.
Na een paar dagen meewerken kregen wij een meer totaalbeeld van dit weeshuis. Wij zagen dat eigenlijk heel wat landen steun verlenen aan in Kebebe Tsehay, maar dat deze hulp niet gecoördineerd verloopt.
De dagen die wij in dit weeshuis verbleven, waren intens en met een berg informatie en indrukken namen wij afscheid van deze kinderen en het personeel en maakten we ons klaar om naar Kechene te gaan.
In Kechene verblijven ongeveer 200 kinderen, waaronder 11 baby's. Er zijn 57 medewerkers, hiervan zijn 8 mensen opgeleid. Het is de bedoeling dat de kinderen hier kunnen studeren om later op eigen benen te kunnen staan. Zij leren hier een aantal basisvaardigheden die zij later nodig hebben.
De kinderen gaan allemaal buitenshuis naar school. Zij gaan naar 22 verschillende scholen. Voor de begeleiders is het onmogelijk om schoolresultaten van de kinderen op te volgen. De oudere kinderen helpen de jongere kinderen.
De oudere kinderen kunnen in het weeshuis een opleiding volgen voor kapper. Het probleem is dat zij geen geld hebben om materiaal te kopen om later zelf een handeltje op te zetten. Met als gevolg dat zij in Kechene blijven wonen. De begeleiding staat dit toe omdat zij schrik hebben dat de meisjes anders in de prostitutie terechtkomen.
Op dit moment zijn er verbouwingen bezig om meer ruimte te creëren. De kinderen hebben op dit moment allemaal een bed, maar er is geen plaats om te studeren. Nu maken zij hun huistaken op hun bed.
Qua hygiëne is het grootste probleem dat zij geen wasmachine en droogkast hebben. Zij drogen de was steeds buiten en in het regenseizoen is dit geen goede zaak. Veel kinderen hebben hier vaak last van schurft.
Verder hebben zij een tekort aan zeep. Voor de babykamer kunnen zij melk (NAN) gebruiken.
De laatste dag kochten wij deze producten aan en brachten ze ter plaatste.
We namen afscheid en het moment was aangebroken om terug naar huis te gaan.
Uit deze ervaringen kunnen we enkel besluiten dat er nog heel wat te doen is.