exposing the dark side of adoption
Register Log in

Blog: Samuel (2004)

public

Biografie

Wij zijn Hans (1957), Mariëtte (1959), Samuel (1996) Maria (2001), en Anu (2003).
Wij zijn in 2000 getrouwd, hebben 1 biologische dochter (Maria), een adoptiezoon (Anu) en een pleegzoon (Samuel), die nog in Nigeria verblijft.
Wij zijn in 1999 gestart met een adoptieaanvraag. Dit hebben we onderbroken door de blije en ook enigszins verassende zwangerschap en komst, van Maria.
Vervolgens de adoptieprocerdure weer opgepakt. In december 2004 Anu in Nigeria in onze armen gesloten (zie ons reisverslag).
In augustus 2005 zijn wij op de hoogte gesteld van het wonderbaarlijke nieuws dat Anu een broer heeft. Plots had onze zoon Anu, een vondeling, een familie! In augustus 2005 het besluit genomen dat Samuel, de broer van Anu, bij ons kan komen. Sinds die tijd zijn we bezig met de komst van Samuel naar Nederland. In july 2006 zijn we officieel volgens de Nigeriaanse wetgeving pleegouders geworden van Samuel Olusola Edet.
Veel mensen steunen ons met ons voorstel, waaronder:
Ebunoluwa foundation in Nigeria
familie
vrienden
adoptieouders
Kind en toekomst
de Vrijeschool in Almere
huisarts in Lelystad
kinderarts van het WKZ
psycholoog in Amerongen
IND
autoriteit interlandelijk adoptie
werkgevers en collega's
Op 14 februari 2007 hebben we het bericht ontvangen van de IND dat Samuel naar Nederland mag komen. We zijn druk bezig om zijn komst te regelen.

Reisverslag (staat in blad kind en Toekomst begin 2005)
Op dinsdag 14 december 2004 had ik Bertie van Kind & Toekomst aan de telefoon. Ik vertelde haar dat ik weinig vertrouwen had in de goede afloop van ons adoptieverzoek. We hadden nog maar 3 maanden te gaan en dan waren Hans en ik te oud voor adoptie. Ik wist toen nog niet dat zij de volgende dag met een voorstel zou komen en in spanning zat te wachten op goedkeuring vanuit het Ministerie van Justitie. De volgende dag toen ze belde, was ik eigenlijk eerst verbaasd, en toen natuurlijk ontzettend blij. Na 5 jaar was het dan eindelijk zo ver. In 2000 waren Hans en ik al het proces ingegaan, maar door de komst van onze dochter Maria, moesten we wachten tot zij 1 jaar oud was, totdat we verder konden met het proces. Eind 2004 was het eindelijk weer zover. Ik belde na het bericht van Bertie snel Hans en die was net als ik eerst verbaasd, en toen ook dolblij. Vanaf dat moment stond ons hoofd alleen nog naar de voorbereiding op het vertrek naar Nigeria om onze zoon op te halen. Tegelijkertijd realiseerden we ons dat het tijdelijke afscheid van onze dochter naderde. Tijdens het vertrekgesprek bij Kind & Toekomst ontmoetten we nog twee stellen die ook binnenkort naar Nigeria gingen, maar wij konden 27 december vertrekken.
Het afscheid van Maria was pijnlijk. Hans zei dat hij zich nu pas realiseerde wat zijn dochter voor hem betekende. Verdrietig en blij tegelijk zaten we in het vliegtuig. Die avond kwamen we laat aan. Op het vliegveld van Lagos was het een drukte van jewelste. Het was warm, en we zagen niet direct degene die ons op kwam halen. Gelukkig vond Hans mr. Mick, onze chauffeur en sergeant bij de politie snel en we vertrokken naar het huis van Aino, onze contactpersoon. Na elkaar begroet te hebben konden we ons opfrissen en daarna zouden we gaan eten. Boven aangekomen zagen we een kinderbedje op de kamer. Hans zag hem het eerst, ik later, en het was liefde op het eerste gezicht. “Hij lijkt op mij”, zei Hans vol emotie. Nou dat vond ik een goed teken. Ik had dat niet zo. Ook bij mijn dochter Maria had ik erg moeten wennen. Hij zag er wel heel lief uit, maar ik moest wennen aan zijn geur, aan zijn gespierde lijfje, en aan zijn typische stemgeluid. Die nacht werd hij wakker en werd wit van schrik bij het zien van ons. Daar schrokken wij weer van. Die week zijn we in Lagos gebleven, en al snel kregen we in de gaten, dat het allemaal langer zou gaan duren dan voorspeld was. We hadden tegen onszelf gezegd dat we hooguit twee weken van onze dochter gescheiden wilden zijn, en dat na de Rechtszaak, na twee weken, een van ons terug zou gaan. Nu de Rechtszaak veel later zou zijn, besloten we Maria naar hier te halen. Hans vertrok die maandagavond naar Nederland, en landde woensdagavond, na een wildemansactie, ondersteund door mijn broer Coen, weer in Lagos, samen met Maria. Ik was inmiddels met Anu vertrokken naar Akure, in afwachting van de Rechtszaak in Ado Ekiti. Anu en ik waren inmiddels aardig aan elkaar gewend en ik verlangde ernaar om alleen met hem te zijn, zonder de pottenkijkers in het huis van Aino in Lagos, die zich met jou en jouw kind bemoeiden. Dat viel mooi tegen, want iedereen in Nigeria bemoeit zich met jouw kinderen. De ober, de verkoopster, de taxichauffeur, de mensen in de kerk, kortom iedereen. Kinderen zijn daar nu eenmaal gemeengoed.
Het weerzien met Hans en Maria, was fantastisch. Maria constateerde wel direct dat Anu bruiner was dan haar. Ze gaf de slapende Anu een kus, en ging ijverig naast hem zitten kleuren, met een oog hem in de gaten houdend. Toen hij wakker werd, en zij direct dicht, waarschijnlijk te dicht, bij hem zat, bedacht hij zich geen moment en haalde flink uit. Die avond zei Maria dat de vader en moeder gemaakt waren van Anu en dat hij terug kon. De eerste dagen wilde Maria hetzelfde als wat wij met Anu deden. We hebben met haar rondgelopen in een draagzak, ze wilde weer in een emmer in bad, e.d.. Anu was vanaf het begin af aan heel geïnteresseerd in zijn zus. Hij kroop voortdurend achter haar aan, of volgde haar al brabbelend en wijzend vanaf ons verandaatje (2 x 1,5 meter). Afwisselend waren het een liefhebbende en een vechtende zus en broer. Die scherpe kantjes zijn er langzamerhand afgesleten. We sliepen met zijn vieren in een king size bed. Eerst Anu, dan ik, dan Maria en dan papa. Vooral ik was de pineut als s nachts een van de kinderen wakker was, Met het middagdutje van Anu en mij kwam ik ruimschoots aan mijn slaap. Anu kon soms zo maar midden in de nacht een half uur vreselijk huilen. Hij had ook al zoveel meegemaakt. Getroost worden, wilde hij dan niet. Daarna wel, heel erg zelfs. Dan lag hij te genieten in mijn armen.
De eerste weken van ons verblijf in Nigeria hadden we diverse fantastische uitstapjes gemaakt, onder begeleiding van mr. Bassy of mr. Mick, twee chauffeurs die teven politieagent waren en die je door hindernissen e.d. loodsen.en ons een groot gevoel van veiligheid hebben gegeven. Met de kinderen erbij waren wij extra alert, en toen niet snel uitzicht was op de Rechtszaak, besloten we Mr. Mick af te zeggen, omdat we bang waren anders niet met ons budget uit te komen, en er nu eenmaal in Nigeria niet gepind kan worden. Dat maakte ons minder mobiel en verder dan een boodschap (water, bananen en het internetcafé) kwamen we verder niet. Dat was op zich al een hele onderneming. Eerst een taxi aanhouden op de weg, waar we constant aangestaard en nagewezen werden, met een blond en donker kind. Vervolgens naar de grootste straat in de stad. Daar uitstappen en daar werden we weer aangestaard, ondervraagd, omringd (soms door drie rijen), en “Oibo”nageroepen (betekent blanke). Maria had de volle aandacht. Ze wilden haar aanraken, aan haar haren zitten en vaak een hand van haar hebben om te zien of ze bang van hun was. Ze was niet bang van hun, maar ze was het op den duur wel zat. We zijn ook een keer naar de kapper geweest, die niet zo goed uit de voeten kon met ons haar. Te zacht, te dun, en moeilijk recht te knippen bleek later. In een internetcafé kon Maria naar haar favoriete popgroep k3 luisteren, de rest van de mensen daar amuserend met haar gezang en danspasjes. Anu klapte enthousiast in zijn handjes, en had al laten zien dat hij gek was op muziek. Als hij muziek hoorde, rekte hij zijn hals op papa’s schouder, of bij mama in draagzak om te kijken waar dat vandaan kwam. Verder maakte hij bij iedere stap van Hans een geluidje.
De Rechtszaak werd week na week uitgesteld. Vakantie, Rechter op vakantie, Rechter pas terug van vakantie, nationale feestdag, een sterfgeval op de rechtbank, en toen was het zover. We durfden er haast niet op te hopen. De andere keren was het ook spannend tot de laatste avond voor de Rechtszaak geweest. De woorden may be, could be, can be, e.d, worden in Nigeria veelvuldig gebruikt, te vaak. Dat zijn wij Hollanders niet gewend. Het is ja of nee, en niet van dat onzekere gedoe
De dagen na de rechtszaak waren we heel gespannen wanneer de papieren gereed zouden zijn. Dit was onduidelijk, omdat Hakeem, de maatschappelijk werker van de organisatie, met twee zaken bezig was, maar het ministerie in Ado Ekiti wilde wel helpen. Op een dinsdagavond, we waren in de zesde week, werden de papieren afgeleverd en we waren blij want de volgende dag zouden we met het vliegtuig naar Abuja vertrekken. Die nacht keek ik alle papieren nog eens na en ontdekte dat het paspoort plus een aantal andere papieren niet correct waren. Ik meldde Aino dit de volgde dag vroeg, en we spraken af, dat Hans dit in orde zou maken bij het Ministerie waar Hakeem die dag ook zou zijn en dat ik met het vliegveld en de kinderen alvast naar Abuja zou vertrekken, en Hans met een auto met chauffeur, samen met een Zwitserse met kind, zou rijden naar Abuja. Een uur nadat Hans mij had afgezet en ik nog niet weg was vanwege een vertraagd vliegtuig, werd ik aangehouden, en met de kinderen naar het politiebureau gebracht en na 6 uur waren Hans, die mij uiteindelijk met Juliëtte van het Ministerie kwamen ophalen, ik en de kinderen nog steeds niet in Abuja. Het vliegtuig was weg, en we besloten die vrijdag te gaan. De vliegmaatschappij die het allemaal heel vervelend vond rekende 25% kosten voor het ticket op vrijdag. Ik vond het een vervelende ervaring, maar heb me rustig gehouden, met Maria alle liedjes van K3 gezongen, twee rollen biscuits gevoerd aan de kinderen, meegewerkt aan het verhoor van de politie, met Anu aan de hand gelopen, en gewacht totdat er iemand zou komen. Hans was blij toen hij ons weer zag, maar ik was boos na zoveel uren alleen met de kinderen. Vanaf dat moment verlangden we nog meer naar huis, en waren blij toen we die vrijdag onder begeleiding van Hakeem in het vliegtuig zaten naar Abudja. Daar was alles snel geregeld, en hebben we genoten van het prima hotel met zwembad en het heerlijke eten. Hans en ik waren behoorlijk afgevallen en kwamen hier weer wat bij. Anu en Maria zagen er juist lekker mollig uit. We sliepen hier met zijn vieren over de lengte van het bed, het enige nadeel hier. We zijn het hotel haast niet meer uit geweest, ook op verzoek van Hakeem. Een aanhouding in dit land is meer dan genoeg. We hebben op woensdag met een taxi vol koffers het visum van Anu opgehaald bij de ambassade en zijn direct doorgereden naar het KLM kantoor en vandaaruit naar het vliegveld. Na een kort verhoor door de douane en een tijd wachten, zaten we in het vliegtuig. Toen we 10 februari om 5.00 uur in Nederland aankwamen, was het alsof er een last van me afviel. Ik heb in Nigeria altijd één oog opengehouden.
Het gaat heel goed met Anu. Hij begint steeds meer te ontspannen Als ik muziek opzet uit Nigeria begint hij te lachen. We houden van je Anu.



Interesses

Hans houdt van een rustig leventje, en heeft sinds een aantal maanden djembeles. Mariëtte gooit de spanning erin, en verzint van alles om te gaan ondernemen met de familie. Maria houdt van dansen, zingen, tekenen, spelen met barbies. Anu houdt van stoere dingen doen zoals met zijn driewieler door het huis sjeezen, eventueel over alles heen, maar houdt ook ook van dansen, en doet vaak zijn zus na. Hans is bestuurslid van Auntie en is contactpersoon voor adoptieouders die een rolstoel of andere hulpmiddelen mee willen nemen naar Nigeria. De hulpmiddelen (rolstoelen, blindenstokken) zijn bestemd voor kinderen die daardoor mobieler door het leven kunnen. Het meenemen is kosteloos.

2008